Nadat in het eerste deel Bellagio het levensverhaal van Geraldines grootmoeder Beatrice aan bod kwam, duikt Nan Adams in Malibu in de herinneringen van Chantal la Grande. De vondst van de dagboeken vormt de start van het tweede deel in de Alfa-vrouwen serie dat naadloos aansluit op de voorafgaande gebeurtenissen. Het feest rondom de honderdste verjaardag van Beatrice is in het Zuid-Franse Antibes nog altijd in volle gang. Omdat er gezien de hoge leeftijd van Beatrice haast geboden is, besluit veilinghuis Sotheby’s in Londen de dagboeken van Chantal die in de Alfa Romeo zijn aangetroffen, in te scannen en naar Geraldine te sturen. Ze kiest ervoor de dagboeken alvast in haar eentje te lezen om Beatrice wat rust te gunnen en haar moeder Charlene, die een complexe band had met haar tweelingzus Chantal, niet te veel te belasten. Malibu gaat terug naar de jaren zestig van de vorige eeuw, waar Chantal en Charlene opgroeien in een bruisende kuststad vlak bij Los Angeles.
Geraldine de Groot krijgt tijdens haar verblijf met haar moeder en overgrootmoeder in het Franse Antibes, een opmerkelijk telefoontje uit Engeland. Veilinghuis Sotheby’s in Londen heeft een zeldzame Alfa Romeo binnengekregen. Terwijl een medewerker de eigenaar probeerde te achterhalen, stuitte hij op de contactgegevens van Geraldines overleden tante Charlotte la Grande. De oldtimer is volgens de man aan de andere kant van de lijn ‘een fortuin waard’. Het bericht dat de verloren gewaande antieke cabriolet is gevonden, is prachtig nieuws. Maar de moeder van Geraldine is van mening dat haar oma, nonnina Beatrice, het heuglijke feit niet aankan. In eerste instantie omdat Beatrice te oud is. Maar ook door alle pijnlijke herinneringen die rondom de oldtimer hangen. Geraldine negeert haar moeders advies en confronteert haar overgrootmoeder met de vondst van de bijzondere automobiel. Bellagio van Nan Adams neemt de lezer vervolgens mee naar de jaren 30, vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.
