Nadat Rosa in Hoe overleef ik alles wat ik niemand vertel? weer contact heeft gezocht met haar jeugdvrienden is ze in Portugal beland. Samen met Esther, Jonas en Joya heeft ze een stuk grond gekraakt en omgedoopt tot de Geheime Tuin. Hoe overleef ik alles wat anders gaat dan gedacht? is het tweede deel in de nieuwe HOI-reeks voor volwassenen en sluit naadloos aan bij het eerste boek. Rosa en haar vrienden hebben allerlei creatieve manieren bedacht om in hun onderhoud te voorzien. Jonas en zijn vriend Jurriaan werken bij Vinha Verde, Rosa bakt brood en levert dat aan lokale horecabedrijven, Joya geeft energetische healings en de zwangere Esther doet het rustig aan. Het feit dat de vriendengroep illegaal in de Geheime Tuin verblijft, doet de spanning opvoeren. Maar dit detail wordt aanvankelijk overschaduwd door de komst van Rosa’s broertje Abel (of ‘Appie Garnaal’ zoals oudere HOI-lezers hem kennen – al is hij met veertien jaar niet zo garnaal-achtig meer), die zijn problemen van Italië meeneemt naar Portugal.
Begin deze eeuw stortten de financiële markten wereldwijd in. Deze zogenoemde kredietcrisis vond zijn oorsprong in de Verenigde Staten en kwam in 2008 tot een hoogtepunt. De recessie die vervolgens nog jarenlang aanhield, maakte veel slachtoffers. Bedrijven gingen failliet, mensen verloren hun banen, spaarders en beleggers werden direct getroffen en wie geld had geleend van de bank – die door de crisis nu met torenhoge schulden kampte – was hun huis en auto kwijt. Maar niet iedereen kwam gehavend uit deze crisis. CEO’s van banken en verzekeringsmaatschappijen werden nog rijker door het plegen van witteboordencriminaliteit. Na de crisis konden deze hooggeplaatste leidinggevenden zonder consequenties hun werk blijven doen. De lijvige thriller Namens velen van John Winkel situeert zich rond deze ingrijpende bankencrisis en de schadelijke impact van criminele activiteiten door mensen met aanzien. In 2009 maakt Frits, een van de (fictieve) slachtoffers van de crisis, een onomkeerbare beslissing. Kort daarop vertrekken enkele schimmige figuren naar de Verenigde Staten waar van juli tot en met november 2010 een serie afschrikwekkende ‘treinmoorden’ plaatsvindt.
In haar debuut Kauw van jou schetst Kris Terwindt een gezin in de rouw. Pims vader ligt de hele dag op de bank. Haar moeder is druk aan het werk en ’s avonds wordt er in stilte een afhaal- of kant-en-klaar maaltijd gegeten. Al bijna een jaar is de kamer van broer Huug hermetisch afgesloten. Het is eind juli en Pim heeft zomervakantie. Het is de eerste zomer sinds haar broer Huug er niet meer is. Lange, lome dagen liggen in het verschiet waarop weinig afleiding te vinden is. Pim kan er niet meer tegen en ontvlucht het verstikkende appartement van haar ouders om een ijsje te halen. Buiten ontmoet ze de dromerige en vindingrijke Thilo die samen met zijn vader onlangs in de flat tegenover haar is komen wonen. In de kelders van een van de flats heeft hij tijdens het bouwen van zijn eigen ruimtestation een mysterieus laboratorium ontdekt. Hij neemt Pim mee om op onderzoek uit te gaan. Hun zoektocht brengt een geheim aan het licht dat hen confronteert met Pims rouwgevoelens en weggedrukte herinneringen.
‘Terwijl ik ernaar verlang om hier thuis te zijn, verlang ik ernaar om ginds onderweg te zijn (…) Nirvana ligt daar waar de tegenstellingen verdwijnen.’ Toen Hermann Hesse deze contemplatieve zinnen in de jaren 1917 en 1918 opschreef, was de buitenwereld een roerige plek. In Europa woedde de Eerste Wereldoorlog waarnaar Hesse verwijst in wandeletappe De brug: ‘Ach, oorlog (…) wat was dat toch een absurde en duistere wereld! Maar het was nu eenmaal de realiteit, een zeer reële wereld die zelfs de macht bezat om de aarde te vergiftigen, en mij, eenvoudige wandelaar, met trompetgeschal uit mijn toevluchtsoord weg te rukken.’ Vanwege zwakke ogen werd Hesse afgekeurd voor militaire dienst, maar hij verzette zich tegen het nationalisme door een pamflet te schrijven en hielp als vrijwilliger Duitse krijgsgevangen. In zijn binnenwereld gaat het er niet zachtzinniger aan toe. Hesse kampte met terugkerende depressieve episodes. Zijn huwelijk met fotografe Maria ‘Mia’ Bernoulli hield geen stand, de kinderen werden ondergebracht in pleeggezinnen en het verlies van zijn vader – met wie hij geen goede band had – hakte erin. Hij kwam in een neerwaartse spiraal terecht en kreeg psychiatrische steun van onder meer Carl Gustav Jung. In Wandeling, dat al in…
Wobie – een anagram van Bowie? –, de naam die Splinter Chabot zichzelf geeft in zijn autobiografische debuutroman Confettiregen, heeft een sprookjesachtige jeugd. Moeder werkt als arts en tovert in zijn beleving iedereen beter. Vader is schrijver; het magische getik vanuit zijn schrijfkamer noemt Wobie ‘schrijversregen’. Wobies kant van de slaapkamer, die hij deelt met zijn jongere broertje, is knalroze. Op zijn bed ligt lievelingsknuffel Tijger die in zijn hoofd allerlei avonturen beleeft en met hem mee naar school gaat. Wobie voelt zich anders dan de andere jongens in zijn klas. Hij is druk, houdt van toneel, kiest voor roze in plaats van blauw en trekt het liefst vrolijke outfits aan in alle kleuren van de regenboog. Zijn wereld is een wereld vol glitters en confetti. Een beschermde wereld ook, want Wobies ouders schermen hun kinderen zoveel mogelijk af van het nieuws. Aan de hand van korte, dagboekachtige hoofdstukken groeit Wobie op – een worsteling waardoor de onbezorgde confettiregen in zijn leven steeds meer verandert in een mistige hoosbui.
Na zijn melancholisch geconstrueerde debuutbundel Van niemand is er nieuw werk van Vincent Oostrijck. De rij opmerkelijke personages die in zijn verhalende, deels autobiografische, gedichten de revue passeren, wordt langer in Tot het niet meer gaat. Een afgedankt knuffelbeest dat tussen het straatvuil ligt, een snackbarhouder die van Russische literatuur houdt (en nog meer van zijn hond) en de vele gedaantes van Meneer de Bruin (bedtester, nachtwaker, vriend en reisgezel) laten zien hoe een klein detail of onverwachte wending de realiteit kan ombuigen. Dat die realiteit soms pijnlijk is, is een terugkerend thema in de poëziebundel. Zo luidt in het titelgedicht: ‘Ze is dood aan het gaan / Ze is gepeld als een ui / Haar ooit zo sterke lichaam / Verdwijnt laagje voor laagje.’ Om tegenwicht te bieden aan het verlies van Oostrijcks moeder zoekt het lyrisch ik troost in een paradijselijk oord in de weelderige natuur. De geheime tuin beschrijft deze locus amoenus als: ‘Een veilige haven / Tussen de verschillende werelden / Het leven en de dood / Hebben zich op deze magische plek / Verzoend met elkaar.’ De man die het lyrisch ik beschrijft, blijft echter nuchter: ‘Toch gaat hij er ook altijd weer weg /…
De elfjarige Violet Sopjes heeft vijf schriften van Ingeborg gekregen om te vullen met ervaringen. Overdag op haar kamer met de gordijnen dicht maakt Violet er gedecideerd een ‘dagboek van ontmoetingen’ van. Aan haar muur hangt een lijst met namen van klasgenoten. Langzaam vormt zich in Violets hoofd het idee dat ze met ieder kind uit haar klas een keer wil spelen. Na afloop doet ze in haar schriften verslag van deze speelmiddagen. Een moedig idee, want zeg nu zelf: hoe leer je mensen – aardig of niet – nu beter kennen dan een-op-een tijd met ze door te brengen? Terwijl Violet speelafspraakjes regelt, worden de gebeurtenissen in De lijst van Violet Sopjes van David Vlietstra steeds vreemder. Uiteindelijk wordt de lijn tussen geloofwaardig en onwaarschijnlijk zo dun dat het verhaal op slimme wijze gelaagder in elkaar zit dan aanvankelijk wordt voorgespiegeld.
Na een betoverend proefslaapavontuur in het Kasteel van de Zeven Zonden en Zeven Deugden zitten Lise en haar spelpartner Ayden gevangen in een rollercoaster van onuitgesproken emoties. Nu Lise haar verstikkende relatie met Sander heeft verbroken, zoekt ze herhaaldelijk contact met Ayden om een en ander uit te praten, maar hij lijkt van de aardbodem te zijn verdwenen. Waarom ghost Ayden haar, net nu ze allebei beschikbaar zijn voor de liefde? Lise zoekt afleiding met beste vriendin Jasmijn, tot ze een verleidelijke uitnodiging krijgt van spelbedenker Nicolet. Zij en Ayden zijn welkom om een nieuwe versie van de romantische spelbeleving uit te testen. Lise doet een laatste poging om Ayden te bereiken en stelt voor om elkaar nog één keer te ontmoeten. Dit keer zonder afspraken en vol overgave. Virtueel spel van Susan Summer gaat verder waar Verleidelijk spel eindigt en volgt Ayden en Lise als ze opnieuw een nacht verblijven in een bekend Nederlands kasteel dat tijdelijk is omgetoverd tot een romantische (virtuele) escaperoom voor koppels.
